“Het wonder van het gewone”

“HET WONDER VAN HET GEWONE”
Onder dit thema mag ik donderdagsmorgens met verschillende vrijwilligers kaasmaken voor groepen kinderen van de basisscholen uit de gemeente Staphorst.
Met de kinderen komt de juf en meestal ook meerdere begeleiders (moeders) mee.
Als ik tegen 12.30 uur naar huis rij, dan is het net alsof ik uit een droom ontwaak, want het is soms best heftig met 20 tot 30 kinderen. Aan de hand van dia’s en een filmpje vertel ik zoveel mogelijk over wat melk is en hoe wij daar kaas van maken.
Na elke les gaan wij evalueren. Meestal is mijn reactie dan, dat en dat heb ik niet goed belicht of vergeten. Gelijk wordt dan opgemerkt: “naar wat je niet hebt verteld, is ook niet gevraagd”. Dat is ook zo. Je kunt in een korte tijd niet alles vertellen, al wil je dat wel.
Voorbeeld: graag vertel ik dat het bij het kaasmaken om de vaste stof gaat die in de melk zit, “para- caseïne” kaasstof genaamd. Daarnaast komt er vloeistof vrij, de wei. Van de kaasstof maken wij kaas; de wei ging vroeger terug naar de boerderij voor de kalfjes en de varkens. Nu is de wei een heel belangrijk bijproduct geworden.
Bij de kaasfabriek in Rouveen wordt een groot gedeelte van het water, dat in de wei zit, eruit gehaald en gebruikt als reinigingswater in de fabriek. Het ingedikte product gaat naar een poederfabriek (Lochem, Borculo) voor verdere behandeling. In die ingedikte wei zitten dezelfde stoffen als in de kaas, maar dan in veel mindere mate (melksuiker, melkzouten vitamines, vet en eiwitten).
Door onderzoek en de moderne machines weet men de verschillende ingrediënten eruit te halen en tot gezonde voeding te maken. Ook wordt de wei verpoederd en vindt zijn weg in de foodindustrie als babyvoeding, in soepen, snoep, geneesmiddelen, ijs en als bakmeel.
De eerste consumptieve producten uit wei, die op de markt werden gezet, waren Rivella en Djoes. Wei schijnt ook heel goed te zijn tegen schimmelinfectie. Vroeger een overbodig product, goed voor de varkens, nu maakt het een onderdeel uit van de melkprijs, die de boer krijgt.
De melkprijs, die de boer ontvangt is erg laag (net de kostprijs) en schommelt tussen de 30 en 35 cent. Het aandeel van de wei is 4 cent.
Gerrit Bolks.